Voornaam

voornaam

Acht jaar geleden schreef Willemien een blog over het geven van een vreemde voornaam.

Er is in al die jaren weinig veranderd, wat zeg ik: weinig?? Ik bedoel niets! Lees mee en geniet van de onderkoelde humor van Willemien

De naam waar je mee door het leven moet kies je niet. Was dat maar waar. Van mijn eigen Oudhollandsche naam was ik nooit kapot, maar er valt goed mee te leven. De kinderen die anno nu een naam krijgen lopen beslist grotere risico’s op een naam die je zelfs je beste vijand niet toewenst.

Besmette voornaam

Er zijn namen die ooit wel gangbaar waren, maar besmet raken door een moord of andere extremiteit. De dagen na de dramatische Koninginnedag in Apeldoorn is het vast even minder gemakkelijk als je Karst heet. Idem met de naam Volkert, na de moord op Pim Fortuyn. Maar zoiets waait wel weer over. Iets anders is het met namen waarbij je als ouders bij voorbaat toch echt wel weet dat je je kind niet bepaald op voorsprong zet.

Rare namen

Echt jaren geleden hoorde ik een keer een vader in de Hema zijn kind roepen: ”Lotus! Looo-tuusss, Lotus!” Ik wist niet of ik nou een jongetje of meisje moest verwachten. Mijn mond hing open. Ik moest alleen maar aan dat Indianenmopje denken. (Dat was zoiets: Pappa, waarom heet mijn zusje Heldere Sterrrenhemel? Nou, omdat ze verwekt is onder de heldere sterrenhemel. Waarom heet mijn broer Sterke Boom? Waarom wil je dat allemaal weten, Gescheurd Rubber?) Er flitste zelfs nog even door mij heen dat er een camera ergens was die zou registeren hoe ik, eenvoudige omstander, op zoiets bizars zou reageren.

Ik verblik of verbloos niet meer

Inmiddels ben ik al zo afgestompt dat ik niet meer verblik of verbloos bij een Lotus, Justice, Splinter of Spijker. Doet me niks. Kijk, toen Michael Jackson een van zijn kinderen Prince Michael II noemde, met roepnaam Blanket, was dat nog opmerkelijk. En toch ook wel duidelijk dat het met deze vader niet helemaal oke ging.

Een zelfverzonnen voornaam?

Inmiddels lijkt er een soort stilzwijgende afspraak onder BN’ers te bestaan. Over hoe je je tanende BN’er-schap kunt opkrikken dan wel je bijzonderheid kunt benadrukken via een kindernaam. Lekker gek. Het summum is een zelfverzonnen naam, maar alles mag. Afgelopen week las ik dat het kind van een BN’er Maantje-Piet heet. Maantje-Piet. En een ander kind Tigerlilly.

Wordt Tigerlily president?

Die wordt in elk geval geen minister-president denk ik dan. En ik laat me ook zeker niet opereren door iemand met zo’n naam.
Vriend, Vlinder, Seven, Kok, Rolls & Royce (broers), Dagobert, Buizerd (wel beter dan Reiger): ga er maar aan staan. Ik kan me helemaal verliezen in filosoferen over hoe zo’n naam tot stand komt. Dat zo’n stel dan samen in bed namen ligt door te nemen en tevreden besluit “ja dit is echt goede naam” En of die naam voor de geboorte nou echt met niemand uit de omgeving is gedeeld. Of er nou niemand had kunnen bijsturen. Of al die goede vrienden of familie het ook een briljant idee vonden.

Over een aantal jaar doe je pas echt gek als je een naam kiest die je niet zelf hebt verzonnen, die niet uit Amerika komt, zonder hulp te spellen is en die geen pestreacties uitlokt. Helemaal chill.

En toen hadden we nog niet niet eens North West en Blue Ivy en Feijenoord

Lees meer van Willemien: zomaar een moeder

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *